18 april 2024

Veelgestelde vragen beroepsbelangen

De commissie Beroepsbelangen van de NOV (BBC) ontvangt steeds vaker vragen over onderstaande onderwerpen. De BBC hoopt via deze weg zoveel mogelijk antwoorden te geven op veelgestelde vragen. Heeft u nog (andere) vragen? Neem gerust contact met ons op via nov@orthopeden.org.


Normtijden & LOGEX-benchmark

Er zijn veel ontwikkelingen gaande die invloed hebben op de berekening van de LOGEX-benchmark. Denk daarbij aan de transitie van zorg (Juiste Zorg Op de Juiste Plek), de verschuiving van orthopedische zorg naar zelfstandige klinieken, concentratie van complexe zorg en taakherschikking. Het volgende is dan ook van belang bij de interpretatie van de LOGEX-gegevens:
  • De benchmark is geen real-time gemiddelde. LOGEX vergelijkt de gegevens met een voorgaand normjaar. Voor de jaren 2020 t/m 2022 was dit normjaar – door de coronapandemie – 2019. Daar de orthopedische zorg in die periode werd afgeschaald verwachten we een veelal lagere score t.o.v. de benchmark in de jaren 2020 t/m 2022 en mede door de inhaalzorg en de toename in zorgvraag een hogere score in 2023 en 2024.
  • In de normtijden wordt alleen fte meegerekend die te koppelen is aan een zorgproduct of -activiteit. De invulling hiervan varieert echter per kliniek, waardoor er verschillen ontstaan t.o.v. de benchmark (zie het voorbeeld hieronder).
  • Een normtijd is een gemiddelde relatieve tijdsbesteding van de medisch specialist per zorgproduct of -activiteit, uitgaande van een bepaalde casemix. De benchmark corrigeert een deel van de zorgzwaartevariatie, maar koppelt deze verschillen niet aan een correcte waardering per zorgproduct of -activiteit. Afhankelijk van je regionale situatie zou dit gevolgen kunnen hebben voor je benchmark. Denk daarbij bijvoorbeeld aan zorgverschuiving in de regio waardoor er een verandering optreedt in de casemix. 
Al het bovenstaande kan van invloed zijn op de benchmark. Een verkeerde interpretatie van de LOGEX-gegevens zou in bepaalde gevallen bijvoorbeeld kunnen leiden tot inkorting van het aantal fte binnen uw vakgroep. Ga daarom ook altijd zorgvuldig om met de normtijden.

Voorbeeld: normtijden omvatten een deel van de totale inspanning van de medisch specialist. O.a. vakgroep overstijgende (medisch) management en bestuurlijke taken worden niet gevangen in de zorgactiviteiten en zorgproducten. De tijdsbesteding aan deze overige activiteiten kan uiteraard variëren per kliniek. Omdat deze taken niet worden meegerekend in de fte-opgave t.b.v. de landelijke benchmarking, kan dit van invloed zijn op de benchmark. Het is dan ook zaak deze taken wel mee te nemen in de lokale fte-opgave.
Zie de Handreiking FTE model voor medisch specialisten.

Heeft u vragen over normtijden, de capaciteitsbegroting, LOGEX of andere normtijd-gerelateerde zaken? Neem dan contact op met nov@orthopeden.org.  

Lees ook: Regionale samenwerking

Samenwerken op regionaal niveau is één van de speerpunten uit het Integraal Zorgakkoord. Ook binnen de orthopedie wordt regionaal samenwerken steeds belangrijker om passende zorg en de Juiste Zorg op de Juiste Plek te kunnen leveren. De BBC werkt via verschillende wegen aan regionale samenwerking:
  • Taskforce regionale samenwerking: binnen de Taskforce regionale samenwerking van de NOV worden concrete handvatten uitgewerkt worden voor het opstarten, vormgeven en onderhouden van (orthopedische) samenwerking.
  • Project Regionale Artrosezorg: samen met verschillende (multidisciplinaire) stakeholders wordt gewerkt aan een uniforme manier van werken binnen de artrosezorg. Daarbij zullen bestaande initiatieven, succesfactoren, barrières en randvoorwaarden in kaart gebracht worden.
  • Regionale samenwerking & kwaliteit: de BBC van de NOV ziet kwaliteitseisen als een middel om regionale samenwerking te stimuleren en de kwaliteit van deze samenwerking en de (orthopedische) zorg in het algemeen te borgen en/of verbeteren. In samenwerking met de Commissie Kwaliteit van de NOV en de Taskforce Regionale Samenwerking zal de BBC inventariseren wat voordelen en mogelijke risico’s zijn om zo randvoorwaarden op te kunnen stellen voor passende kwaliteitseisen.
Financiële verrekening trauma

De financiële verrekening tussen orthopedisch chirurgen en traumatologen binnen een Trauma Unit gebeurt nu op basis van lokale onderlinge afspraken. Om samenwerking te stroomlijnen en tot een passende en haalbare verdeling te komen op lokaal niveau, zullen handvatten geboden worden en randvoorwaarden opgesteld worden die de kwaliteit van zorg en een eerlijke verdeling borgen. Samen met de NVT worden mogelijke samenwerkingsmodellen en oplossingsrichtingen geïnventariseerd en uitgewerkt. 

Heeft u vragen over de samenwerking binnen een MTU? Neem dan contact op met de Bestuurscommissie Orthopedische Traumatologie (BOT) of mail naar nov@orthopeden.org.

Registratiewijzer

Parallelle DOTs

Binnen de orthopedie is het mogelijk om in specifieke gevallen parallelle DBC’s te openen. Aan het parallel declareren/registreren zijn enkele eisen verbonden. Zie ook de vigerende registratiewijzer. De BBC van de NOV gaat in gesprek met de betrokken en verantwoordelijke instanties om, in het kader van Passende Zorg, kritisch te kijken naar deze mogelijke parallelliteit.

Voorbeeld - Wanneer een patiënt klachten heeft van zowel een hallux valgus, als een hamerteen aan dezelfde voet, dan mag er tijdens de operatie een parallel traject geopend worden om ook de hamerteen operatief te verhelpen. Er is dan sprake van twee separate hulpvragen die in één behandeling uitgevoerd kunnen worden.

Als een in uw ogen terechte parallelle declaratie afgewezen wordt, neem dan contact op met nov@orthopeden.org.  
Kostenproblematiek

De BBC ontvangt regelmatig vragen over de kosten en bekostiging van zorgproducten (DBC’s). De prijs van een DBC is bedoeld als gemiddelde en is geen maatwerk. De ene keer kost een behandeling dan ook wat meer dan de andere keer. Dit middelt elkaar in principe uit. Tevens vallen veel orthopedische zorgproducten in het vrije (B-)segment en zijn dus onderhandelbaar met de zorgverzekeraar. Het vigerende beleid van de NZa is daarom dat kostenproblemen, indien het om zorgproducten uit het B-segment gaat, in principe opgelost dienen te worden via de tariefonderhandelingen met de verzekeraar.

Lees ook:
Om u beter van dienst te zijn, maakt de website gebruik van cookies.
}