Antistolling
Onderzoeksvraag |
Postoperatieve heup- en knieprothesepatiënten: welke patiënten hebben wel/geen tromboseprofylaxe nodig? |
Samenvatting |
Patiënten die een totale heup- of knieprothese krijgen hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van trombose. Trombose is een stolsel in de bloedvaten, wat zich meestal voordoet in de benen (trombosebeen). Als het stolsel losschiet naar de longen spreken we van een longembolie. 10% van alle patiënten die een longembolie ontwikkelen komt hieraan te overlijden. Om het risico op een trombose te verkleinen krijgt op dit moment iedereen antistolling om trombose te voorkomen. Deze medicatie luistert echter erg nauw: een te hoge dosis kan een bloeding veroorzaken, een te lage dosis kan ervoor zorgen dat er tóch trombose optreedt. In de praktijk zien we dat ondanks de huidige behandeling 1,5% van alle patiënten alsnog een trombose ontwikkelt. In dat geval is de vraag: kreeg iemand wel genoeg antistolling? Andere patiënten hebben daarentegen de behandeling (met de nadelen) voor niks gekregen omdat ze geen groot tromboserisico hadden. In dit onderzoek willen we de huidige praktijk verbeteren. Voor de uitgebreide samenvatting klikt u hier. |
Subsidie |
Zonmw GGG (in aanvraag) |
Onderzoeksgroep/contact |
Dr. Banne Németh Prof. dr. Suzanne C. Cannegieter Prof. dr. Rolf Groenwold Dr. Wilbert van den Hout Dr. Nienke van Rein Dr. Merel van Veen-Wagensveld Prof. dr. Menno V. Huisman Prof. dr. Rob Nelissen Dr. Harmen Ettema Dr. Stephan Vehmeijer U kunt voor vragen en/of opmerkingen over dit project contact opnemen met Banne Németh via b.nemeth@lumc.nl. |